vrijdag 1 mei 2015

Santiago dagje Finestère

Donderdag 30 april.

De laatste etappe met de bus naar Finestère. Gunther heeft het voorstel om vandaag naar het werkelijke eindpunt te gaan. Alleen dat gaan we lopend niet redden. Het is ruim 100 km verder en ligt aan de kust. De hele voettocht van Sevilla naar Santiago is het tegen onze principes geweest om met de bus te gaan. Je bent een peregrino en dan ga je het avontuur iedere dag aan. Oké,  na een uitgebreid ontbijt in de hospideria Sant Martin, lopen we naar het busstation. Het regent licht. We vertrekken om 10.00 uur richting Finestère om daar drie uur later aan te komen. Ha,ha. Gunther dacht dat het een busrit zou zijn van ongeveer twee uur. Wij zouden dat echt niet hebben bedacht. Ach, we zijn een dagje 'van' de straat.  Inmiddels is het ' hondenweer'.  De regen valt met bakken naar beneden, het uitzicht is belabberd en het waait. In Finestère aangekomen gaan we eerst aan de koffie en besluiten om toch naar de Cap de Finestère te lopen. Het is maar 3 km. omhoog lopen over de weg. Ik ben de enige die de regenbroek heeft meegenomen, totaal geen overbodige luxe deze keer. In de stromende regen, wat alleen maar erger wordt naarmate we hoger gaan lopen, zo ook de nevel en de wind. We lijken echt wel gek! Bizar,we zien niets en volgen één man, Gunther, die het vandaag in zijn (Sorry) kop heeft gehaald om nog éénmaal de Cap te willen zien. Nou ja zien! We zien helemaal niets, behalve nevel. Inmiddels is iedereen zeik en zeiknat. Een schrale troost we zijn niet de enigen die zonodig de Cap willen bezoeken. Boven aan de Cap zie ik in de nevel een peregrino paal waarop 0.00 km staat.


Trots gaat Gunther hier bij staan en natuurlijk leggen we het vast op de 'plaat'. Nog enige meters lopen we door tot aan de vuurtoren, maar keren daar snel om. De wind doet zijn uiterste best om ons van de Cap af te blazen. Er is verder niets te zien dan nevel. Ha,ha. Helemaal gestoord zijn we vandaag. We lopen de 3 km voor de wind terug en duiken een restaurant in. Als 'verzopen katten' nemen we bezit van het restaurant. We laten ons de vissoep heerlijk smaken. Rond vijf uur gaan we met de bus terug. We voelen ons nu echte dagtoeristen die een dagje Finestère hebben geboekt. Onze reisleider, Gunther, is trots dat hij ons dit stukje van de camino heeft kunnen laten zien. We maken er nog vele grapjes over. Terug in de bus proberen we nog zoveel als mogelijk van de mooie rotskust met zijn vele kleine visdorpjes en baaitjes op te vangen. Helaas na de copieuze maaltijd lukt het niet helemaal om de oogjes open te houden. Terug in Santiago nemen we 's avonds afscheid van elkaar. Het is voorbij. Ieder gaat zijns weeg. Ook voor ons is de tocht voorbij. Vanuit een zeer regenachtig Santiago bereiden we ons voor op de terugreis naar Holland. We verwachten thuis dat de tulpenvelden nog volop in bloei staan.

woensdag 29 april 2015

42. Outeira Á Verda naar Santiago de Compostela, 18 km.

Woensdag 29 april, etappe 42.

06.15 uur, het licht in de slaapzaal gaat spontaan aan. Van uitslapen is hier geen sprake. We stoppen ons hoofd nog even diep in de slaapzak, maar dat helpt weinig. Dus vroeg op en vroeg op pad. Dag herberg, dag slaapzalen, dag snurkers, dag wasjes, dag stinkschoenen, we gaan jullie verlaten! Op naar Santiago, het wacht op ons. Nog 18 km te gaan, die raffelen we zo snel mogelijk af. Een pinut voor ons. We willen om 12.00 uur in Santiago zijn om de H.Mis bij te wonen. Deze wordt dagelijks speciaal voor de peregrinos opgedragen. Het is vandaag lekker voorjaarsweer. In het dal is het nog nevelig, maar wij lopen al in het zonnetje. We lopen door een paar kleine dorpen, over smalle wegen en genieten van het uitzicht.
Maar eigenlijk is onze blik op één ding gericht en dat is de kathedraal. We gunnen ons nog een laatste bak koffie als peregrino en met z'n vieren beginnen we bijna weemoedig te worden over wat we wel niet zullen gaan missen. Na goed drie en half uur lopen komen we fris en fruitig aan in Santiago. We komen binnen via de oude Romaanse brug en hebben nog een stevige klim omhoog om bij de kathedraal te komen. De route Via de la Plata is rustig. We wandelen als enigen omhoog. Eenmaal vlak bij de kathedraal begint het een heel klein beetje te lijken op de ' intocht van een vierdaagse'.  Echter het is nog betrekkelijk rustig in de stad.

We lopen meteen door naar het peregrinobureau waar we ons 'Compostelaat' gaan halen. We moeten zelfs even in de rij staan. Geen probleem het is lekker weer. Daarna lopen we snel naar een servicepunt waar we onze rugzakken even kunnen 'stallen'. Precies op tijd arriveren we in de kathedraal en luisteren daar met nog velen de H. mis op. Toch wel speciaal om zo je tocht te beëindigen. Even tijd voor jezelf. Je gedachten nog eens overal en nergens naartoe laten gaan en je bewust worden van een prachtige zesweekse voettocht door een geweldig deel van Spanje. Sevilla naar Santiago, het was overweldigend.
Prachtige, meestal lange tochten gemaakt door zeer eenzame streken, diverse provincies van Spanje doorkruist, ieder met zijn bijzondere dorpen, de mijlpalen in de Extremadura, de mooie peregrinostenen in Galicïe, de vele verlaten woningen, zijn inwoners, zijn overnachtingsplekken en de natuur die prachtig tot bloei kwam.

41. Sillade naar Outeiro/ Á Vedra. 28 km.

Dinsdag 28 april, etappe 41.
Gisterenavond in de bar aan de overkant van het hotel nog heerlijke tapashapjes gehad van el señor. Als we een drankje bestelde kwamen er meteen diverse kleine hapjes bij. Het verschilt per bar of café. Soms krijg je niets en soms zijn de hapjes niet aan te slepen. Ze zijn heel divers, je krijgt stukjes vis, kip of gebakken groene pepers of chips, of olijven etc. Heerlijk na een lange wandeling en ook als je laat in de middag hebt gegeten zijn de tapashapjes een lekkere aanvulling. Desalniettemin het ontbijt smaakt vanmorgen weer prima na een heerljk nachtje slapen. Het weer ziet er goed uit. Het is droog.
Eindelijk na drie dagen in de regen te hebben gelopen. We wandelen vandaag ongeveer 24 km en dan hebben we morgen een korte etappe naar ons eindpunt Santiago. Ook vandaag blijft het landschap glooiend. De dorpjes veranderen enigszins. Ze zien er rijker uit en de boeren bezitten grote landerijen. Hier her en der zelfs wijngaarden. Waren de druivenranken vijf weken geleden nog zonder blad nu zijn al vol met blad.
Tegen het einde van de middag arriveren we bij de herberg . We lopen nog langs een oud kapelletje met een waterbron erbij.  Het is hier stil en verlaten, echter de herberg ligt op een fantastische plek. We nemen brutaal de herberg in beslag. We zetten er koffie, gebruiken de een grote glazen fles om onze witte wijn erin te koelen. Deze hebben we in en supermarkt gekocht omdat er hier niets te krijgen is. Er is wel een restaurant op 1km van de herberg. Als de hospitalora komt, ruimt zij meteen onze gebruikte bekers op. De fles wijn gaat uit de ' koeler'  en de douches worden gesopt. Enfin, wij  zijn inmiddels op de bank in slaap gevallen. Als we ons inschrijven wordt al snel duidelijk dat er hier niets maar dan ook niets is in dit dorp. Zelfs geen restaurant. Een groot probleem, we hebben inmiddels honger en we hebben niets aan eten nog bij ons. Na heel lang talmen bij de hospitalera en onderhandelen wil ze ons rond zeven uur naar een restaurant in de omgeving brengen. TOP. We moeten zelf terug zien te komen. Prima, wie dan leeft wie dan zorgt! Rond zeven uur worden we ongeveer drie kilometer verder bij een restaurant afgezet. We eten bij la señorita geweldig. Nu nog terug? Een taxi? Lopen? Het laatste daar moeten we even niet aan denken. Tot onze stomme verbazing staat de hospitaleroa na ruim een uur weer voor ons klaar. Zij brengt ons terug. In de herberg moeten we met haar toosten. Een stevig glaasje jenever met bonbons krijgen we van haar. Oeps, het smaakt goed en we hebben een gezellig uurtje met haar. Voor morgen heeft ze het ontbijt al voor ons klaargezet. En alles gratis! Ongelofelijk. Wat zijn vele mensen hier bijzonder gastvrij. Tja, de tocht zit er bijna op. Nog één etappe te gaan. Ongelofelijk! Het is niet voor te stellen dat we er bijna duizend kilometer te voet erop hebben zitten. Zo ook dat we heel gemakkelijk zeggen, " ach morgen maar een korte etappe 20 km." Dat hadden we zes weken geleden echt niet gedacht dat we alle dagen zouden wandelen. Eenmaal in de flow dan ga je alle dagen op pad. Je arriveert meestal rond twee á drie uur in de middag op de plek van bestemming en je hebt nog genoeg uren over om te herstellen van de wandeling. Meestal is na een douche de vermoeidheid snel over. Als peregrino zijn een paar dingen alle dagen belangrijk; de voeten, het eten, het weer, de afstand en de overnachtingsplek en Wifi ha,ha. Vandaag weer geen internet in dit gehucht. Minder belangrijk wordt; de kleding, het gaat een beetje slobberen om het lijf, het raakt versleten. Verder komen er gaten in de sokken, de schoenen gaan lekken, maar de rugzak lijkt wel nooit lichter te worden. En het haar van mij hangt nu 'op zolder'. Erg belangrijk zijn geweest alle leuke mensen die je ontmoet op een camino. Die gaan we na morgen missen. Vooral Gunther en Connie zij zijn onze 'camino kameraden' geworden. Connie uit Alaska is bijna zes weken met ons mee gelopen en Gunther uit Bremen drie weken. Morgen Santiago.

maandag 27 april 2015

40.Castro Dozón naar Silleda, 31 km.

Maandag 27 april, etappe 40.

We zijn vroeg wakker, pakken in donker onze rugzak vol met onze spullen en verlaten het ongezellige pand. Echter in het gehucht kunnen we geen koffie krijgen. Het plaatselijke café gaat om 08.00 uur open, maar la señorita heeft geen brood of ander lekkers voor ons, alleen een zak chips. Zo' n vette hap daar hebben we echt geen trek in. Na 6 km zal er een café open moeten zijn, dus volle goede moed gaan we op pad. Het is nog droog al ziet de lucht er absoluut niet helder uit. We hebben de regenkleding meteen al aangedaan. Helaas na 6 km helemaal niets. Balen, mijn maag knort al behoorlijk van de honger en inmiddels is het gaan regenen. Van de prachtige omgeving zien we niet veel, het is nevelig en als het na een bui opklaart, zien we hoe mooi glooiend, groen en heuvelachtig de omgeving is. We stoppen even om een cakeje te eten en lopen verder in afwachting wat er gaat komen om de maag te vullen. Als we niet over de weg lopen dan ploeteren we door de drassige smalle paden die ook door de koeien worden gebruikt. Wat en opluchting eindelijk een groot dorp in zicht, waar we al snel een uithangbord van een café zien. Eenmaal daar binnen worden verwend met een grote bocadilo met kaas en heerlijke koffie. De helft van de grote bocadilo gaat in de rugzak, voor onderweg. Hier in Galicïe, wat een prachtige provincie is, is echter ook zeer arm, en zijn de dorpjes bijna verlaten. Er wonen zeer weinig mensen, enige boeren, mooie tweede huizen en voor ons is er de laatste 10 dagen weinig te vinden aan eten onderweg. Ook dat went. We gaan weer verder en de drassige paden zijn weer kleine beekjes aan het worden. De regen valt gestaag.
We passeren nog een oude Romaanse (of Romeinse) brug uit 1500 en via grote keien glibberen we omhoog. De route gaat op en neer. Na ruim 6 uur lopen komen we aan in Silleda. We vragen de weg naar het hotel Ramos en eenmaal daar geïnstalleerd genieten we van de luxe. De was de deur uit en even geen peregrinos om ons heen. We zijn wel met Gunther en Connie. Ook zij hebben een kamer genomen. Samen zullen we Santiago gaan halen. Nog twee etappes te gaan. We gaan afbouwen. Al krijgen we alle vier de neiging om morgen in één keer door te stomen. Neen, dat doen we niet!

zondag 26 april 2015

39.Cea naar Oseira en naar Castro Dozón. 26 km.

Zondag 26 april etappe 39.

Na een gezellige avond in de herberg met vele nieuwe peregrinos, is het weer snel ochtend. We zijn nu minder dan 100 km van Santiago de C. af en het wordt merkbaar. Gisteren zijn veel Spanjaarden gearriveerd en zij lopen in 3 tot 4 dagen naar Santiago. Als je 100 km voor Santiato instapt krijg je ook je compostolaat (pelgrimspaspoort). Én het is opnieuw vakantie voor vele spanjaarden! Hip hoi voor ons. De herbergen lopen weer vol of raken overboekt. Vanmorgen zijn we rustig opgestaan en ontbijten in het dorp. Als we het dorp verlaten volgen we snel de gele pijlen, zoals we dat alle dagen doen. We zijn met Gunther en we vertrouwen op George zijn GPS. Echter na 3 km komen we erachter dat we verkeerd lopen. We hebben niet de juiste route naar Oseira waar we het klooster willen gaan bezoeken. Shit, het regent ook nog pijpenstelen en wat nu? We duiken na 5 Km een café in, drinken een bak koffie en vragen de korste weg naar Oaseira. 8 km zegt de cafébaas. Pff. Enfin met behulp van George zijn GPS stippelen we een nieuwe route uit. We dwalen door de heuvels en ondertussen valt het met bakken uit de hemel.  Na anderhalf uur lopen en drijfnat bereiken we Oseira. We duiken meteen de bar in en gaan eerst wat eten. Inmiddels is het al twaalf uur en zijn we nat en koud. Nog wel op tijd om het inmens grote sobere klooster te bezoeken, een voormalig Trappistenklooster.
 Jammer de rondleiding is in het Spaans. Het interieur is heel sober en de ruimten zijn enorm. Koud komen we uit het klooster vandaan en opnieuw warmen we ons op met een kop thee in de bar.
Tja, al veel extra kilometers gelopen vandaag (lusje van 9 km!!). We zijn er niet echt blij van geworden. Het valt nog steeds met bakken uit de hemel, echter er is geen weg terug vandaag. We moeten door. Nog 11 km te gaan. Via vele smalle rotspaden en bospaden vervolgen we onze weg. Een mooie route maar nu...VRESELIJK, Bagger en nog eens Bagger. Tot onze enkels in de modder en het water. Het houdt niet op. We zien er niet uit. We doorkruisen nog zeer armoedige bijna verlaten gehuchten waar de boer zijn koeien midden in het dorp heeft staan. De tijd staat hier nog steeds stil rond 1960. De smalle wandelpaden zijn snel stromende beekjes geworden. Eindelijk rond vijf uur komen we aan bij de herberg, die voorbij het dorpje ligt. Het ziet er van binnen niet gezellig uit. Het is een groot gebouw met ongezellige ruimten. Het is nog rustig, weinig peregrinos. We zetten de verwarming op hoog daar waar het kan.  Het lijkt wel of het een schoolgebouw is geweest? Alle vieze kleding uit en we 'soppen' de kleding schoon. De schoenen gaan dicht bij de kachel en stoppen we vol met kranten. Na een douche komen we bij. Hongerig zoeken we een restaurant. Helaas alleen een café. Gelukkig kunnen we er om 20.00 wat eten. We blijven er zitten en we besluiten om morgen een lange wandeling te maken. We komen dan in een grotere plaats waar ook hotels zijn. We zijn de herbergen even spuugzat en willen onze kleding wel weer een keer goed laten wassen.  We boeken met z'n vieren een hotel in Sillade. Morgen hopelijk een droge dag. Koningsdag in Nederland.

zaterdag 25 april 2015

38.Ourense naar Cea 22 km.

Zaterdag 25 april, etappe 38.

Wat een heerlijk nachtje in de herberg, het gaat wennen!! Eenmaal buiten gaat de regenkleding weer aan. Halverwege de wandeling hebben we nog een bijzondere ontmoeting in een privé café. Aan buitenkant is het café behangen met oude palmstruiken en er hangen en staan heel veel antiquiteiten. Cesar, de café eigenaar, is enthousiast als we zijn kleine intieme café bezoeken. Er is plaats voor velen. We krijgen melkkoffie met vers gebakken brood met ei.
Heerlijk, wel erg vet, maar we zijn hongerig. Willen we wijn? Neen roepen we alle vier. Pff. Nu al drank!! Hij heeft natuurlijk al duizenden peregrinos over de vloer gehad. Overal hangen er herinneringn en hij maakt van iedere peregrino een foto. Zo ook van ons. Hij heeft een aantal jaren in Nederland gewerkt, Rotterdam, als buschauffeur.
Hij weet hoe hij zijn gasten moet vermaken. We blijven niet te lang zitten,want we worden koud. We gaan de regen weer in. Het laatste stuk lopen we over een smal oud Romeins pad richting Cea. Prachtig.

In een herberg, verstopt tussen de oude huizen, vinden we een plek voor vannacht.

37. Xungueiria de Ambia naar Ourense, 26 km.

Vrijdag 24 april, Etappe 37.
Vanmorgen opgestaan en regen. Het ziet er niet naar uit dat het droog zal worden. We hebben de regenkleding aan. We lopen via De oude Romeinse brug de stad uit.
Gelezen in ons routeboekje vandaag alles over het asfalt. Brr.. Erg saai, maar voor vandaag, nu het uitzicht ook minimaal is, malen we er niet om. Het landschap is glooiend en de bomen laten hier hun eerste groene verse blaadjes zien. We passeren kleine dorpjes, waar niet veel te halen valt. Het duurt lang voordat we Ourense bereiken en we hebben al een groot gedeelte door de stad doorkruist als we de herberg bereiken. Het is even wennen voor de peregrinos, die bijna 6 uur hun blik op 'nul' hebben gehad, dat we voor de stoplichten braaf moeten wachten. We overnachten in een oud gerenoveerd klooster, San Francisco, midden in de stad en vlakbij de kathedraal in de oude stad. Het heeft twee grote slaapzalen van ieder 18 stapelbedden. We gaan naar de achterste bedden,vlakbij een raam. Alle natte spullen uit en helaas weer geen wasmachine. We soppen ons wasje een beetje bij de wastafel. We zoeken tussen alle andere natte spullen ook een plekje om de kleren te drogen op een rekje. Morgen is alles weer droog. Je houdt het niet voor mogelijk dat het op deze primitieve manier lukt. Na ons druppelen vele peregrinos binnen. Tegen de avond zijn alle bedden bezet. Uit diverse hoeken komen de peregrinos en fietsers naar Ourense. Nog 114 km te gaan. Na het eten de oude stad bezocht

We bezoeken de kathedraal, het is na de kathedraal van Santiago de mooiste en rijkgevulde kathedraal in heel Galicie. Een prachtig altaar en vooral het binnenportaal achter in de kerk met de mooi gekleurde fresco' s is prachtg.  Hierna haken Gunther en George af en gaan Connie en ik naar het thermabad ' Las Burgas'. Ourense is bekend om zijn themabaden. We hebben besloten er één te bezoeken. We hebben niets bij ons, behalve de kleding die we aan hebben. Als we ons melden bij de ingang van het thermabad, Las Burgas' zie we een prachtig Romeins stoombad in de buitenlucht waar slechts een paar mensen in baden.
We melden ons bij de ingang en de jonge jongen  kijkt ons verwonderd aan. Hij wijst naar mijn wandelschoenen en schudt bedenkelijk het hoofd. Het kan niet! Hij maakt ook een gebaar of we handdoeken mee hebben genomen,maar wij doen net of wij hem niet begrijpen  en wijzen alleen maar naar het water. Ik krijg van hem Crogs te leen en hij laat ons door. We hebben geen zwemkleding maar het ondergoed van een peregrino is ook charmant. We weten niet hoe snel we met onze ' peregrino outfit' in dat water moeten komen. We dompelen ons onder. Heerlijk, lekker warm. We blijven lang in het warme water en als we er eindelijk uitgaan doet zich het volgende probleem voor! Niets om af te drogen en geen ondergoed. Enfin, met mijn sjaal drogen we ons af en hup in de kleren.
We dwalen via de smalle straatjes en vele trappen terug naar de herberg. S'avonds nemen we met de mannen nog een afzakker in het café.  Daar ontmoeten we een Finse peregrino met haar duitse vriend en zij roept al bij binnenkomst heb je weleens een 'dronken Finse peregrino' gezien? Neen! Hier zie je er één roept ze. Vervolgens moet haar vriend haar stevig vasthouden als ze het café verlaten. Ha,ha. Dat wordt morgen lopen met een flinke kater? Vlak voor 22.00 snellen we de herberg in. De peregrinos moeten gaan slapen. Morgen wacht opnieuw een wandeldag. De weersvooruitzichten voorspellen voor het weekend regen.