Donderdag 23 april, etappe 36.
Als we om 8.00 vanuit de herberg naar de overkant lopen om in het café ons ontbijt te nuttigen is het echt koud. Het heeft gevroren. De lucht is helder. Het belooft een mooie dag te worden.
Half negen op stap,Connie en Gunther lopen met ons mee. Vannacht ook met z'n vieren in de sfeervolle herberg geslapen. Echter de bedwantsen achtervolgen ons. Pff.. In de volgende plaats alles maar in de wasmachine stoppen. Het is de laatste dag dat we op een hoogte van 1000 meter lopen. In het dal is het mistig. Het uitzicht is prachtig, het lijkt alsof het dal één groot meer is. We dalen af naar het dal en nemen afscheid van de prachtige berggebied. In het dal is het nog mistig en koud als we het eerste dorpje binnenlopen. Dat we in Galicïe zijn is nu merkbaar.
We zien de eerste oude maisschuurtjes, hórreos, op verschillende plaatsen in het dorp. Ze worden nu niet meer gebruikt. De straatjes zijn smal en de oude vervallen huizen blijven indrukwekkend. In het dal lopen we een aantal kilometers tussen de velden en later tussen de kleine dorpjes door, die we passeren, lopen we over smalle oude bospaden die her en der nog zeer drassig zijn. Rond 14.00 zijn we in Xunqueira en aan het begin van het dorp is de herberg. Als we er binnenkomen is deze nog niet schoongemaakt. Bah, wat een rotzooi! Er staat een emmer en een dweil en we wissen de vloer rondom de stapelbedden waar we op willen slapen. Zo, dat ziet er al beter uit. Geen wasmachine! De herberg begint zowaar een beetje vol te stromen. Je kunt er echt geen peil op trekken hoeveel peregrinos er nu onderweg zijn. Sliepen we gisteren met vier nu met 14. Sommige peregrinos leggen grote dagafstanden af en stomen in vier tot krap vijf weken naar Santiago. Wij doen het rustig aan. De dagafstanden tot 25 km. vinden we genoeg. We hebben tijd om een dorpje of stad te bezichtigen, we kunnen heerlijk genieten van het menu del dia en hebben rust genoeg voor het lijf. Vooral de voetjes genieten van de lange rust, alhoewel deze nu wel gewend zijn. We hebben nergens last van, geen blarenbal aan onze voeten. Ook in dit dorp vinden we een leuk restaurant. La señorita verwent ons met een stevige maaltijd en het crèmetoetje is snoepgoed. Als we bij de koffie nog likeur toe krijgen, moeten we elkaar vasthouden om 'recht' bij de herberg terug te komen. De 'oudjes' gaan even op tuk. Morgen lopen we naar Ourense. Een grote stad met een prachtige kathedraal, vermeldt het routeboekje. Nog 7 etappes te gaan.
Hola afre y George.Como esta?.
BeantwoordenVerwijderenZo te lezen gaat het allemaal naar wens. Alleen die bedwantsen lijkt me niets. Daar ben ik niet jaloers op. Jullie gaan wel snel hoor. Bijna geen rustdagen gehad. Knap hoor. Gr. Van ons