donderdag 16 april 2015

29. Santa Croya de Tera naar Rionegro de puente, 27 km.

Donderdag 16 april, etappe 29.

Alle natte kleding is weer droog. Het ruikt naar de open haard maar het mag de pret niet drukken. Tegen acht uur zijn we op pad.
Het is droog, bewolkt en flink nevelig. In het dorpje Santa Marta de Tera bezoeken we een zeer oud kerkje uit de jaren 1300, wat in het kerkportaal een orgineel beeld bezit van de pelgrim Jacobus.

jDaarna lopen langs de bosranden van dorpje naar dorpje. Hadden we in de Extremadura bijna geen dorpen en waren de uitzichten eindeloos zonder een dorp in de nabijheid hier worden de afstanden tussen de dorpjes kleiner. De dorpjes zijn echter zo arm en verlaten dat het een wonder mag heten als er nog een bar/café is. Het maakt het wandelen altijd een stuk aangenamer als we onderweg ergens een kopje koffie kunnen scoren of iets te eten kunnen krijgen. Zo ook vandaag halverwege een stop gemaakt. We wandelen vrij vlak door de bossen, zien weinig oude muurtjes
en de natuur moet hier nog op gang komen. Stond in de Extremadura al veel in bloei, hier staan alleen de bomen met hun bloesems in bloei. We wandelen over een grote stuwdam en daarna een lang stuk langs het stuwmeer waar we de koude wind pal zij hebben. Het weer is verandert en de warmte is weg. We hebben de jas aan en houden het tempo erin.
Dat laatste is in ons voordeel vandaag. In de herberg van het kleine gehucht Rionegro, met zijn 400 inwoners, vinden we nog een laag bed. We slapen op een zaal van 16 bedden. Na een heerlijke douche wachten we op de andere peregrinos, Conny, Gunther en Marianne, die zo langzamerhand onze 'peregrinokameraden ' zijn geworden. We gaan samen dineren. Nou dineren, zo luxe hebben we het nog niet gehad. Gelijk een viersterren restaurant. Het restaurant heeft de passende naam 'me gusta comer' wat zoveel betekent als ' ik hou van eten'.  Een á la carte diner. Het voorgerecht van tonijnpate met toast, een overheerlijke gevulde soep, twee stukjes mals rundvlees overdekt met een knoflook-/kruidensaus en een grand dessert toe. Vino, koffie en likeur toe. Dat alles voor €10,00 p.p. Tjonge tjonge,  dat was genieten. Deze kok weet hoe hij een peregrino moet verwennen na een lange wandeling. Ik loop nog even naar de kerk van 1498 en als ik in het voorportaal sta valt er plots uit de 'hemel' een grote witte kerkuil vlak voor mij op de grond. Het beest is half bewusteloos en schrikt van mij en ik van de kerkuil. Het weet niet hoe snel het zijn vleugels moet gebruiken om uit het portaal te vluchten naar de buitenwereld. Als ik rond kijk zie ik heel boven in de nok een nest. Vanavond nogmaals kijken of het terug is gekomen. Ik wandel verder door het oude dorpje en verbaas me over de oude woningen
die we ook in dit dorp zien. De huizen zijn inmiddels niet meer wit, maar gewone bakstenen huizen. In het plaatselijke café schrijf ik mijn blog en bespreken we de route voor morgen. In de herberg zijn we met 12 peregrinos.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten